Laten we wel wezen: je bent constant bezig met het trainen van je geest. Jij, ik, je buurman, wij allemaal.
Iedere keer dat je een gedachte volgt die in je opkomt ben je je geest aan het vertellen dat die gedachte kennelijk belangrijk is. Als je dit jaar-in-jaar-uit volhoudt train je je geest om vooral erg gevoelig te zijn voor je eigen gedachten. (En wellicht voor de gedachten van anderen – mits deze goed geformuleerd zijn.)
Zo kan het gebeuren dat er mensen bestaan die zich op een bepaald niveau wel beseffen dat ze een lichaam hebben, maar die doof zijn voor de signalen die dat lichaam uitzendt. Of mensen die niet naar hun intuitie luisteren omdat ze zich daar niet in geoefend hebben. Nog weer andere mensen hebben vooral aandacht besteed aan gedachten die ze vertellen dat ze ge-wel-dig zijn. Of juist het tegenovergestelde…
Het is niet de bedoeling om hier de stelling te poneren dat gedachten slecht zijn. No way! Gedachten zijn (doorgaans) rationeel, en de menselijke ratio is – hoewel niet perfect – de beste raadgever die we hebben.
Maar het is niet de enige bron om je beslissingen op te baseren. Het is op zich nog denkbaar om je eerste huis volledig op rationele gronden te kopen. Maar wat te denken van je carriere? Je levenspartner?
Sommige beslissingen maak je beter met je buik, zoals wanneer het tijd is om ergens weg te gaan. Of wanneer je moet toeslaan in een onderhandeling. Andere beslissingen neem je het best met je ego – je ballen, je trots – zoals wat te doen wanneer iemand over je grenzen heenwalst alsof je Polen heet.
Het is goed om dat soms te oefenen, want anders verlies je het gevoel met deze vormen van beslissingen nemen.
Zo is het ook goed om af en toe eens een flink stuk afstand te scheppen tussen “jezelf” en de wereld van je gedachten. Dat kan op verschillende manieren: lichamelijke activiteit, TV-zombie spelen, sociale activiteiten, vakantie, rode wijn. Allemaal prima methodes om even op een ander kanaal over te schakelen.
En… je kunt ook mediteren. Het voordeel van meditatie boven de eerdergenoemde manieren is dat je gedachten tijdens het mediteren meestal gewoon doorgaan. Hierdoor kun je “live” oefenen met wat er in jouw beleving gebeurt als je een opkomende gedachte volgt. Bovendien kun je oefenen met wat er gebeurt als je die opkomende gedachte nou eens een keer niet volgt.
In meditatie gebruik je het onderdeel van je geest dat observeert. Je kunt van alles observeren, maar hier beperken we ons even tot je gedachten en je reacties daarop. Door het observeren en het “gewoon laten zijn” van je gedachten train je je geest dat het niet per se hoeft, reageren op iedere willekeurige gedachte die maar op de koffie komt.
Je geest leert daarvan stukje bij beetje dat het niet je gedachten zijn die de baas zijn, maar dat jij dat bent. Dat heeft tot gevolg dat je de vloed van gedachten die je op een dagelijkse basis overspoelt gemakkelijker kunt relativeren. Je wordt kalmer, zelfs als zaken een tijdje tegenzitten. Je kunt weer meer leren luisteren naar je lichaam en je intuitie.
En dat is 1 manier waarop meditatie effectief is voor het trainen van je geest.