Hoe werkt meditatie in je hersenen?

Verdiepende artikelen over meditatie

Wat gebeurt er eigenlijk in de hersenen als je aan het mediteren bent?

Heel precies weten we dat nog niet. Hersenonderzoek staat eigenlijk nog maar in de kinderschoenen, en dat geldt ook voor het zogenaamde “contemplatieve neuro-onderzoek”. (Dat betekent zoveel als het onderzoek naar wat er in de hersenen gebeurt als je mediteert.) Wetenschappers gebruiken hersenscanners om te onderzoeken welke hersengebieden actief worden als er gedrag of cognitie plaatsvindt, zoals taalvorming, luisteren of slapen. Daarmee weten ze nog niet heel veel meer dan eerder, maar het bouwt mee aan de langzaam toenemende kennis over het menselijk brein.

Het brein is als een stad op een buitenaardse planeet: een volstrekt onbekende grijze massa. We weten dat er communicatie plaatsvindt, we weten dat er gereisd wordt, en we weten dat er verschillende soorten gebouwen zijn waar allerlei activiteiten plaatsvinden. We kunnen twee dingen meten: de mate van activiteit in verschillende delen van het brein (door middel van een hersenscan) en het gedrag van diens eigenaar.

En dat is wat hersenwetenschappers doen. We weten inmiddels dat het voorste deel van de hersenen (de prefrontaalschors) verantwoordelijk is voor het nemen van beslissingen: de rationele mens. We weten dat het achterste deel vooral wordt ingezet voor het verwerken van ons zicht. En we weten dat zich “onder” de hersenschors oudere structuren bevinden die onze autonome functies beheren (hartslag, ademhaling, etc) en die ons emotionele leven sturen.

schema-hersenactiviteit
Afbeelding afkomstig uit Scientific American, november 2014

Ook meditatie is een dankbaar onderwerp voor hersenonderzoekers. Zo hebben wetenschappers een stel ervaren mediteerders aan hersenscans onderworpen. En ze vervolgens laten mediteren op een vast onderwerp, vaak de ademhaling. Met behulp van een knop moesten ze aangeven wanneer ze afgeleid waren. Zo hebben de onderzoekers vier verschillende meditatie-standen in de hersenen aangetroffen. Wanneer je geest is afgeleid en je maar wat zit te dagdromen wordt het Default Mode Network actief. Dat is stand 1 in het plaatje rechts (klik erop om te vergroten). Stand 2 geeft het moment aan dat je je ervan bewust wordt dat je afgeleid bent van het meditatie-object, in dit geval de adem. Hier worden twee geheel andere hersengebieden actief: de insula anterior en de cortex cingularis anterior.

Wanneer je je aandacht losmaakt van de afleiding zijn daar twee andere structuren bij betrokken: de dorsolaterale prefrontaalcortex en de lobus parietalis inferior. (Stand 3.) Dit is het beslissingsmoment: blijf je dagdromen of ga je terug naar het meditatie-object. En in stand 4 houdt de mediteerder zich alleen maar bezig met het onderwerp van meditatie. Hierbij blijft de dorsolaterale prefrontaalkwab actief. Dit hersengebied wordt in andere onderzoeken in verband gebracht met sterke concentratie op een specifieke taak, en maakt onderdeel uit van het zogenaamde Task Positive Network, de tegenhanger van het Default Mode Network.

We weten verder nog heel weinig over de nuances van wat er zich onder onze mentale motorkap afspeelt. Maar het is interessant om te zien dat slimme onderzoekers steeds verder afdalen in de krochten van het menselijk brein.

Meditatie verzwakt Default Mode Network in hersenen

De wetenschap van mindfulness meditatie

Het Default Mode Network is een verzameling hersenstructuren die actief worden wanneer je niet geconcentreerd ergens mee bezig bent. Als je dagdroomt, bijvoorbeeld, als je je zorgen aan het maken bent, of tijdens introspectie. Het wordt gekarakteriseerd door een laag activiteitsniveau van de hersenen als geheel terwijl men toch wakker is.

Deze correlatie is in 2001 ontdekt en sinds die tijd veelvuldig onderzocht. Sinds enkele jaren is er ook onderzoek op gang gekomen die kijkt naar de effecten van meditatie op dit hersensysteem. Het is een logische stap, aangezien meditatie te maken heeft met het oefenen van concentratie.

Zo is onderzocht of de hersenen van mensen die regelmatig mediteren verschillen van mensen die dat niet doen. Het Default Mode Network blijkt zwakker te zijn bij meditatie-veteranen, terwijl het Task Positive Network – dat actief wordt wanneer er een taak is waarbij concentratie van belang is – in kracht toeneemt. Dit effect treedt niet alleen op tijdens meditatie, maar ook tijdens de baseline meting.

Bron: http://www.pnas.org/content/108/50/20254

Kleiner angstcentrum in hersenen van mensen die regelmatig mediteren

De wetenschap van mindfulness meditatie

De hersenen zijn veel dynamischer dan vroeger wel werd aangenomen. Hersengebieden groeien en krimpen met het verloop van weken en maanden. Dit fenomeen wordt ook wel neuroplasticiteit genoemd.

Mensen die regelmatig mediteren hebben minder last van stress, angstigheid en depressie. Dat komt regelmatig naar voren uit wetenschappelijke onderzoeken naar de effectiviteit van mindfulness meditatie. Hoe vertaalt zich dat op hersenniveau?

Recent onderzoek laat zien dat mensen die regelmatig mediteren er kleinere amygdala’s op na houden dan mensen die dat niet doen. De amygdala wordt verantwoordelijk gehouden voor het ervaren van de fight or flight response en lijkt een van de belangrijkste centra in de hersenen te zijn die actief worden wanneer angst wordt ervaren.

Link: http://www.plosone.org/article/info%3Adoi%2F10.1371%2Fjournal.pone.0064574

Hersenen van mensen die regelmatig mediteren zijn sneller dan die van mensen die niet mediteren

De wetenschap van mindfulness meditatie

Verbindingen tussen hersengebieden lijken sterker te zijn bij mensen die regelmatig mediteren. Dit blijkt uit onderzoek van het Neuro-imaging laboratorium van de Amerikaanse universiteit UCLA.

Het effect geldt voor alle hersengebieden. Een grotere mate van verbinding tussen hersengebieden wordt in verband gebracht met een snellere informatieoverdracht.

Daarnaast is uit hetzelfde onderzoek gebleken dat de hersenen van meditatoren minder ouderdomsgerelateerde krimp lieten zien.

Het gaat in dit onderzoek vooral om de “witte stof” in de hersenen: de verbindingen die hersencellen met elkaar maken. Het gaat daarbij dus vooral om de overdracht van informatie. Saillant is wel dat het onderzoek mensen betreft die al jaren lang mediteren. De meditatie-ervaring loopt uiteen van vijf tot zesenveertig jaar.

Eerder toonde onderzoek van dezelfde universiteit al aan dat de hersenen van mensen die langere tijd mediteren groter neigen te zijn en meer grijze stof hebben dan de hersenen van mensen die niet mediteren. De term “grijze stof” wordt gebruikt om de cellichamen van hersencellen aan te duiden. Grijze stof houdt zich vooral bezig met informatieverwerking.

Oorzakelijk verband is in deze onderzoeken niet bekeken. Verder onderzoek moet dan ook uitwijzen of deze afwijkingen in witte en grijze stof worden veroorzaakt door meditatie. Het zou namelijk ook zo kunnen zijn dat mensen met deze kenmerken zich eerder aangetrokken voelen tot meditatie.

Link: http://newsroom.ucla.edu/releases/is-meditation-the-push-up-for-210549